Iedereen die, al dan niet samen met een partner, geen of te weinig inkomsten en ook weinig spaargeld heeft kan in beginsel in aanmerking komen voor een bijstandsuitkering.

Tegenwoordig heet de wet waarbij hierin wordt voorzien, de Participatiewet en niet meer de Wet werk en bijstand. Dit omdat de wetgever nóg meer heeft willen benadrukken dat er toch eerst geprobeerd moet worden te gaan werken voordat bijstand kan worden verkregen. De uitvoering van deze wet is ondergebracht bij de gemeenten. Er gelden strenge regels om een bijstandsuitkering te kunnen krijgen én te behouden.

Zo zult u alles moeten melden wat voor het recht op (en de hoogte van) een bijstandsuitkering van belang is. Dit is ook belangrijk omdat anders de gemeente het recht op deze bijstand niet goed kan beoordelen.
Ook uw woonsituatie moet worden vastgesteld. Een ingrijpende manier van controleren is een bezoek bij u thuis. Soms moet u dit toelaten, maar soms kunt u dit ook weigeren, omdat een inbreuk in uw persoonlijke levenssfeer dan niet zo ver mag gaan. Het is belangrijk advies te vragen over de regels op dit gebied.

Ik kan u daarover informeren en u wijzen op uw rechten en plichten.

Wanneer u een aanvraag indient voor een uitkering en deze aanvraag wordt niet in behandeling genomen, of als de aanvraag wordt afgewezen, of als u al recht op een uitkering hebt dat door de gemeente wordt opgeschort of zelfs wordt ingetrokken, dan kunt u daartegen een bezwaarschrift indienen. Als u dan in de problemen komt met het betalen van uw rekeningen, zoals de huur of de premie voor de zorgverzekeringen, dan zou u bij een voldoende spoedeisend belang een spoedprocedure kunnen aanvangen bij de rechtbank. Daarnaast dient u opnieuw een aanvraag in te dienen.

Dit is een procedure waarbij de rechtbank een voorlopig oordeel geeft over de vraag of u recht heeft op een uitkering.